by (Stephanie) Hélène Swarth (1859 - 1941)
Heidelied
Language: Dutch (Nederlands)
O de wijde blijde heide, die zoo weidsch haar rijken mantel over vlakte en heuvlen spreidt, Waar de grijze wolken zeilen, waar de vrije vogels drijven, stijgen in de oneindigheid ! O de reine wind der heide, pijnaromen van de boomen brengend die in ' t mastwoud staan ! O de stille blonde middag ! o de gouden zonneglorie ! o de zilvergloed der maan ! 't Heilig hart der maagdlijke aarde, nog tot bouwland niet vernederd, niet ontwijd door menschenwerk, Klopt mijn hoofd dat zoekt naar koelte, klopt mijn hart dat vraagt om vrede, troostrijk tegen, kalm en sterk. Ongerepte Jonkvrouw ! Heilge Moeder van de levensmoeden ! neem uw kwijnend kind op schoot ! Zinge uw wind een wiegewijze ! toovere op mijn bleeke wangen nieuwen blos uw avondrood ! Rustende aan uw breeden boezem, droomloos slapend, zal ik drinken Heide's heildronk onbewust. Rein, veerkrachtig zal ' k verrijzen uit de omarming en u prijzen, om den moed mij ingekust.
Confirmed with De gids Band 55, Deel 4 de Groene Amsterdammer 1891 p.171
Authorship:
- by (Stephanie) Hélène Swarth (1859 - 1941), "Heidelied" [author's text checked 1 time against a primary source]
Musical settings (art songs, Lieder, mélodies, (etc.), choral pieces, and other vocal works set to this text), listed by composer (not necessarily exhaustive):
- by Bernard Zweers (1854 - 1924), "Heidelied", published c1897 [ voice and piano ], from Sterren en Heidelied, no. 2, Amsterdam : Alsbach [sung text not yet checked]
Researcher for this page: Joost van der Linden [Guest Editor]
This text was added to the website: 2023-05-01
Line count: 30
Word count: 162