by Jacques Fabrice Herman Perk (1859 - 1881)
Donkere oogen
Language: Dutch (Nederlands)
Oogen, in wier diepte helle nacht Droomt en lokt, als er de rust uit lacht - Grondeloozen, gij, die smeekt en smacht, Al wie oogt naar u, droomt met u mede.... Voor uw tooverende wonder-macht Wordt de ziel van mannen zonder kracht, En wiens kracht ùw kracht ten onder bracht, Diens geheele ziel wordt ééne bede. Aan het vreedzaam hart rooft gij den vrede, Maar gij schenkt hem weder, onverwacht - En wien gij de weelde toe-bedacht Van uw blikken, zoo fluweelig-zacht, Dien omspannen zij van lieverlede, En hij slaakt een lang-gezuchte klacht, Doch een vreugde-rijken juich-kreet mede. U te zien, is schoonheid zelve ontwaren, En, waar zij op donzige englen-schacht Nederstrijkt, om zeegnend rond te waren, Daar versterft de haat, en geurt de zomer-pracht Der liefde.... Donker oog, blijf dikwijls op mij staren!
Confirmed with Jacques Perk, Gedichten, (ed. Willem Kloos). Met illustraties van J.B. Heukelom. S.L. van Looy, Amsterdam 1914 (12de druk) p.169
Authorship:
- by Jacques Fabrice Herman Perk (1859 - 1881), "Donkere oogen", subtitle: "Een albumblad", appears in Gedichten, in Overige gedichten en fragmenten [author's text checked 1 time against a primary source]
Musical settings (art songs, Lieder, mélodies, (etc.), choral pieces, and other vocal works set to this text), listed by composer (not necessarily exhaustive):
- by Karel August Textor (1870 - 1934), "Donkere oogen" [ voice and piano ], from Liederen, no. 1, Gravenhage : Van Eck [sung text not yet checked]
Researcher for this page: Joost van der Linden [Guest Editor]
This text was added to the website: 2023-04-14
Line count: 20
Word count: 134